Onder het bewuste

weblog over het onbewuste
  • Home
  • Artikelen
  • Achtergrond

  • In het hier-en-nu zijn?

    © | 18 januari 2025 | | reageren (0)

    Er wordt wel gezegd dat je door meditatie (mindfulness of andere meditatie) meer in het hier-en-nu gaat leven. Daar zijn wel een aantal kanttekeningen bij te plaatsen. Ik meen eens gelezen te hebben dat deze term niet uit het Boeddhisme komt. Ik herinner me ook niet dat de teachers die ik had in mijn tijd bij de Ridhwanschool deze term ooit bezigden.

    Iemand zei ooit tegen me, nadat ik verteld had hoe ik op een meditatie-achtige manier veel bezig ben met het verwerken van gevoelens, dat ik daarmee dus in het verleden leefde. Nou vond ik dat wat ver gaan, maar het leek me ook niet zo dat meditatie op zich, of Inquiry, of het verwerken van gevoelens, een vorm is van in het hier-en-nu zijn.

    Voor mij is het de vraag of “in het hier-en-nu zijn” eigenlijk wel een goed ideaal is om naar te streven. Mijzelf gaat het vooral om het oplossen uit mijn gevoelsgeheugen van gevoelens uit mijn verleden, en dan vooral uit mijn kindertijd, om daarmee effectiever en volwassener te kunnen zijn. Mijn senior teacher uit de Ridhwanschool gebruikte de engelse term maturation hiervoor. Niet meer reageren met visies en reactiepatronen van het innerlijk kind, maar gebruik maken van alle capaciteiten van je volwassen hersenen en zintuigen. Dat kan een sterk in het hier-en-nu zijn, maar als er geen urgente situatie is, maar je bijvoorbeeld alleen bent zonder iets speciaals te doen, is daar geen noodzaak voor.

    Voor mij gaat het daarmee om het effectief afwisselen van doen en denken met voelen en verwerken van gevoelens. Als er een situatie is die aandacht vereist, heb je die aandacht, maar zogauw er een gaatje is om met je gevoel bezig te zijn, doe je dat. In anticipatie op een situatie kun je gevoelens verwerken die over die situatie opkomen. Als de situatie weer voorbij is, kun je verwerken wat ervan is blijven hangen. Als je er de tijd voor hebt, kun je gevoelens verwerken die je opdiept uit je gevoelsgeheugen, om een meer algemene verbetering van je reacties te bewerkstelligen.

    Hoe ik gevoelens ging verwerken

    © | 17 januari 2025 | , | reageren (0)

    Het zal binnen een paar maanden zijn geweest na mijn eerste 5-daagse retraite van de Ridhwanschool, dat ik voor mijn werk op kantoor was, en dat ik merkte dat ik angst voelde. Ik had geen idee waarom. Ik keek eens wat beter naar het gevoel, alsof ik erop inzoomde. Er kwam een herinnering op uit de tijd dat ik studeerde, waar het gevoel bij leek te horen. Het volgende moment was de angst weg.

    Ik realiseerde me wat er gebeurd was: ik had het gevoel van angst verwerkt en het was opgelost. Dit was de eerste keer dat dit gebeurde.

    Een paar dagen later gebeurde er iets soortgelijks terwijl ik in de supermarkt was. Ik voelde angst, zonder te weten waarom, keek wat beter naar de gevoelens die er waren, en werkte er zo doorheen. De gevoelens waren opgelost.

    Ik wist nu hoe het te doen. De volgende dagen verwerkte ik elke dag het een of andere gevoel. De dagen daarna gebeurde dat 3 keer per dag. Dan zo'n 10 keer, 30 keer. Binnen een maand had ik de gewoonte ontwikkeld om gedurende de dag gevoelens te verwerken, op momenten dat ik anders aan het dagdromen of piekeren was geweest, of iets dergelijks.

    Sindsdien is er nooit een dag geweest dat ik dit niet deed.

    Hersenen of gevoelens?

    © | 10 april 2024 | | reageren (0)

    Een paar dagen geleden stond in de Volkskrant een opiniestuk over het ontbreken van resultaten uit hersenonderzoek om mentale klachten te verlichten. Ik was blij eens iets te lezen wat niet kritiekloos hersenonderzoek ondersteunt. Ik denk namelijk dat mentale problemen beter met inzicht in gevoelens, en het verwerken van gevoelens opgelost kunnen worden.
    Ik sta ook tamelijk kritisch tegenover de maatschappelijke tendens om allerlei gevoelens niet te benoemen, maar in plaats daarvan te verwijzen naar dingen die in de hersenen zouden gebeuren. Het spreken over “gelukshormonen”, over verslaving aan “endorfines die vrijkomen in de hersenen”, het “beloningscentrum dat een rol speelt in verslavingen”.
    Mijn indruk is dat de toenemende kennis over de hersenen vooral leidt tot meer afstand tot gevoelens. Mensen raken erdoor van zichzelf vervreemd, doordat ze gevoelens niet meer als zodanig benoemen en er daardoor ook niet zoveel aandacht meer aan geven. Behalve dat er allerlei pillen ontwikkeld kunnen worden (die dan slechts in beperkte mate blijken te helpen), lijkt het er niet op dat hersenonderzoek tot veel verbetering van mentale gezondheid leidt.
    In mijn jonge jaren was het mode om over “adrenaline” te spreken, alsof het een bepaald gevoel betrof. De energie die je hebt in een leuke, maar ietwat onveilige situatie. Het gebruik van die term vermijdt eigenlijk het woord “angst”, want dat is natuurlijk wat je voelt in een onveilige situatie. Het leuke aan “adrenaline” is dan dat de onveilige situatie voldoende beheersbaar voelt om er bevrediging uit te halen.
    De term “gelukshormonen” wordt gebruikt alsof het om een soort drugs gaat, waar je high van wordt. Gaat het hier niet over gevoelens, zoals blijdschap, bevrediging, tevredenheid, iets wat leuk, lekker of fijn is? Wat er in de hersenen gebeurt, onder de motorkap, is naar mijn idee niet zo belangrijk. En iets doen wat je bevrediging geeft is echt wat anders als een joint roken of coke snuiven. Zelfs als die behoeftebevrediging slecht is voor andere behoeften die je hebt.

    Stilhouden en zitmeditatie

    Vorig jaar begon het me op te vallen dat ik, om in slaap te vallen, mijzelf stilhield. Het helpt daarvoor immers niet om actief te zijn. Ik merkte dat als ik overdag slaperig was, daar ook een element van mezelf stilhouden in zat. Ik vroeg me af of dit problematisch was, en ben daarom gevoelens van mijzelf stilhouden, van zowel mijn lichaam als mijn psyche, gaan verwerken. Ik werd daardoor dynamischer, levendiger, kan sneller reageren. Slaperigheid overdag werd er inderdaad wat minder door, zonder dat het in slaap vallen 's avonds minder goed ging.

    Langzamerhand zijn me meer situaties op gaan vallen waarin ik mijzelf stilhield (stopte). Bijvoorbeeld als ik verbaasd was, om stil te zitten op een stoel, om me langere tijd te concentreren, of bij angst waarbij vluchten of de situatie aangaan geen optie was (verstarren). Dat stilhouden ging nogal eens samen met het stijfhouden van mijn rug.

    Hierbij dacht ik ook terug aan wat ik eerder als problematisch zag aan de zitmeditatie zoals dat bij de Ridhwan School gedaan werd (de Kath-meditatie), dat de aandacht niet zo heel vrij beweegt. Daar komt het lichamelijke stilhouden bij, waarvan ik betwijfel of dat wel zo gezond is. Ik heb fysiotherapeuten horen aanbevelen om al zittend (aan een bureau bijvoorbeeld) je houding te blijven veranderen, of een zit/sta-bureau te gebruiken. Door het stijve zitten kunnen bloedvaten, spieren en zenuwen bekneld raken, wat pijnlijk kan zijn. Jaren geleden heb ik eens een tekst over meditatie gelezen waarin gezegd werd dat pijn door het oncomfortabele zitten erbij hoort. Nu heb ik zelf redelijk wat gevoelens van pijn en mijn reacties daarop verwerkt (bijvoorbeeld om mijn lage rugpijn te verminderen). Maar accepteren dat zitmeditatie pijn geeft lijkt mij slecht voor jezelf zorgen.

    Slaperigheid bij zitmeditatie

    Net zoals mensen lichaam en geest stilhouden om in slaap te vallen, kun je van soortgelijk stilhouden slaperig worden als je het doet om te mediteren. Slaperigheid is dan ook een veelvoorkomend probleem bij meditatie en de oplossing die men daarvoor vaak aanbeveelt is, om zo rechtop mogelijk te gaan zitten. Ik vraag me af wat voor effect dat dan heeft. Ik verwacht niet dat dat tot een betere doorbloeding van het lichaam leidt (wat een reden zou kunnen zijn voor meer wakkerheid), want je maakt lichamelijke stijfheid alleen maar erger. Ik denk eerder dat er een soort angst voor slaperigheid en het niet goed mediteren ontstaat, als gevolg van druk van de meditatieleraar of van groepsdruk. Ook zal er angst onstaan als gevolg van het lichamelijk oncomfortabel zitten. Die angsten maken dan wakkerder. En of iemand zich bewust ervan is dat het om angst gaat, in plaats van een door positieve motivatie ontstane alertheid, is maar de vraag. Angst is namelijk prima uit het bewustzijn te verdringen.

    Stilhouden vs. niet handelen

    Ik vraag mij af waar het idee vandaan komt dat het bij meditatie nodig is om stil te zitten. Het vermoeden dat ik daarover heb, is dat dat aan de ene kant voorkomt uit het idee dat je, om te voelen, niet moet handelen. En aan de andere kant, dat het een organisatieprobleem oplost van groepen waarin massaal gemediteerd wordt, zodat men niet afgeleid raakt door wat anderen doen, want die doen namelijk niets. Als je in je eentje mediteert, kan het stil zitten de meditatie-oefening voor jezelf markeren, het maakt je duidelijk dat het mediteren is wat je op dat moment doet.

    Dat niet handelen heeft ermee te maken dat, als je niet iets bepaalds doet, er gevoelens uit je verleden opkomen. De meeste mensen reageren daarop met gedachten en fantasieën, in de hoop zo met die gevoelens om te gaan. Je kunt echter ook die gevoelens verwerken, wanneer ze opkomen. Dat is mijn persoonlijke voorkeur. Een kwestie van op de gevoelens focussen totdat ze oplossen (wat niet zo simpel is als het lijkt).

    Meditatie gaat, mijns inziens, om het omgaan met wat er in je psyche gebeurt wanneer je niet iets bepaalds doet. Met meditatie roep je die staat opzettelijk op. Nu hoef je niet je lichaam of geest stil te houden om in die staat te komen. Sterker nog, ik geloof niet dat het werkelijk helpt. Je hoeft alleen iets te doen wat weinig aandacht vraagt, zoals wandelen, fietsen, zitten, op bed liggen. Of de afwas doen, bijvoorbeeld. Zonder muziek of telefoon die je afleiden. Het jezelf stilhouden dat al gauw gebeurt bij zitmeditatie, lijkt mij eerder problematisch.

    De psychologie van lage rugpijn (2)

    © | 10 maart 2023 | | reageren (0)

    Zo'n 8 jaar geleden schreef ik hier over psychologische aspecten van lage rugpijn en hoe ik de rugpijn verminderde door gevoelens ervan te verwerken. Ik dacht toen dat ik voldoende erover uitgevonden had om verder geen last meer van rugpijn te hebben. Helaas bleek dat niet zo te zijn. Ik heb het nog verschillende keren gehad. Telkens weer minder erg, gelukkig. Daarbij vond ik telkens weer meer gevoelens die het veroorzaken, en die ik kon verwerken.

    Behalve dat spierspanning in het algemeen veel invloed heeft, is het ook de achterwaartse kanteling van het bekken, zoals ik eerder schreef, die bepalend is. Die kanteling geeft een S-vorm aan de ruggegraat, die, naarmate die geprononceerder is, eerder rugpijn geeft. Er bleken meer gevoelens van invloed hierop dan ik eerder gevonden had. Al die ik gevonden  heb, hebben op de een of andere manier te maken met vertrouwen in stabiliteit van je lichaam op de grond.

    Lichaamsbalans

    Wat mij vooral verraste, was dat gevoelens van lichamelijke (on)balans een duidelijke invloed op de S-vorm van mijn ruggegraat hebben. Die verrassing kwam ook doordat ik me er zelden van bewust was hoe vaak ik niet helemaal in balans ben. Het zijn subtiele gevoelens bij het staan, lopen en trappen op- en afgaan. Of bij het voorover buigen om iets van de grond op te pakken, of bijvoorbeeld je fiets op slot te zetten. Deze kwamen vooral uit de tijd dat ik leerde staan en lopen.

    Jaren geleden heb ik, vanwege mijn rugpijn en de S-vorm van mijn ruggegraat, Ceasar-therapie gedaan. Daarbij werd met lichamelijke oefeningen geprobeerd mij zover te krijgen een rechtere lichaamshouding aan te nemen. Dat werkte, maar slechts deels, omdat de onderliggende gevoelens niet aangepakt werden. Wat ik er leerde, is dat als je lichaamshouding rechter wordt, je last van je nek kunt krijgen. Om je hoofd schuin omlaag te hebben om naar beneden te kijken, moet je nek aan de achterkant namelijk meer uitrekken. Ook met achterom kijken is dat zo. Diezelfde pijn in mijn nek kreeg ik nu weer, teken dat het rechter worden van mijn houding vrij aanzienlijk was.

    Er zijn balansgevoelens per lichaamshelft en voor het lichaam als geheel. Als je loopt of de trap opgaat, is er bijvoorbeeld telkens een wisselende balans op de linker- en rechtervoet. Als je zit, is er een gevoel over hoe gebalanceerd je hele lichaam is. Deze gevoelens kunnen verwerkt worden, door erop te focussen.

    Ik merk dat als mijn lichaam niet in balans is, mijn bekken meer naar achteren kantelt. Dat voelt als een ontbreken van vertrouwen in de relatie van mijn lichaam tot de grond. Door het verwerken van dergelijke gevoelens voel ik dat de S-vorm in mijn ruggegraat rechter wordt en mijn bekken meer in het verlengde van mijn rug en benen voelt.

    Vertrouwen in de ondergrond

    Als de grond onder je voeten niet stevig aanvoelt, bijvoorbeeld omdat deze blijkt te verschuiven als je je voet ergens neerzet, dan ben je geneigd je van die plek terug te trekken. Dat heeft zijn weerslag op de vorm van de ruggegraat.

    Vertrouwen in de plek waar je bent

    Dit gevoel lijkt op het vorige, alleen is het voor het hele lichaam, in plaats van per lichaamshelft, en heeft het meer te maken met de situatie als met de kwaliteit van de ondergrond. Dit is bijvoorbeeld het geval als er op de plek waar je bent iets bedreigends gebeurd, je er bijvoorbeeld wordt aangevallen door mens of dier.

    Soepelheid van de spieren

    De mate waarin je spierpijn krijgt hangt af van hoe soepel je spieren zijn. Nu kun je je spieren vast soepeler maken met lichamelijke oefeningen, maar het is ook mogelijk dat te bewerkstelligen door het verwerken van gevoelens. Zoals ik eerder al schreef, gaat het om een gevoel van droogte in je lichaam. Spieren die niet soepel zijn en gevoelig zijn voor spierpijn, voelen droog aan. Zoals alles wat je kunt voelen, kun je ook gevoelens van lichamelijke droogte verwerken. Pijn in de onderrug zal er niet door weggaan, maar kan wel minder worden.

    Vorm van de ruggegraat

    Gevoelens van hoe de segmenten van de ruggegraat met elkaar verbonden zijn kunnen ook verwerkt worden. Het gaat dan om bijvoorbeeld het bekkengedeelte, de onder- en bovenrug, de nek. Het kan voelen alsof die niet helemaal goed met elkaar verbonden zijn en verschillende dingen doen. Daardoor voelt het alsof het lichaam niet als één geheel een bepaalde houding aanneemt. Als het lukt dergelijke gevoelens volledig te verwerken, ontstaat er een gevoel van verbinding, een soort stroom, die door de ruggegraat gaat. Met die stroom wordt de het torso ook flexibeler, makkelijker te bewegen.

    « Vorige